Opname accommodatie

Dwangmedicatie

Opname accommodatie

KC23-041 07 november 2023

Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid

 

Inzake : [klager]
Instelling : Pro Persona
Klachtnummer : KC23-041
Datum ontvangst klacht : 26 oktober 2023
Schorsingsverzoek : n.v.t.
Datum hoorzitting : 03 november 2023
Datum beschikking : 07 november 2023

 

Aanwezig bij de hoorzitting

[XX] (klager)

 

[XX] (verweerder/psychiater)

 

[XX] (voorzitter/jurist)

[XX] (psychiater)

[XX} (verpleegkundige)

 

[XX] (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)

 

 

Ingediende klacht

  1. Opname
  2. Medicatie

 

Bevoegdheid klachtencommissie

Klager heeft klachten ingediend over een situatie, vanuit zijn beleving, als bedoeld in artikel 10:3 Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz). Tijdens de hoorzitting is duidelijk geworden dat de zorg vrijwillig vormgegeven wordt. De klachtencommissie is daarom niet bevoegd om uitspraak over deze klachten te doen.

 

Procesverloop

De klachtencommissie heeft op 26 oktober 2023 een klachtenformulier ontvangen inzake verplichte zorg. Diezelfde dag zijn partijen geïnformeerd over de behandeling van de klachten en uitgenodigd voor een hoorzitting.

De klachtencommissie heeft op 01 en 02 november 2023 het verweer ontvangen.

 

De digitale hoorzitting heeft plaatsgevonden op 03 november 2023. Partijen hebben tijdens de zitting hun standpunt toegelicht. Aan het einde van de hoorzitting heeft de voorzitter medegedeeld dat de gemotiveerde uitspraak uiterlijk op 09 november 2023 per mail aan partijen zal worden gezonden.       

 

De klachtencommissie heeft met toestemming van klager inzage gehad in de volgende stukken:

-           Ingediende klacht;

-           Verweerschrift;

-           Beschikking zorgmachtiging d.d. 14-09-2023;

-           Zorgkaart d.d. 22-08-2023;

-           Zorgplan/behandelplan d.d. 15-08-2023 en 05-10-2023;

-           Medicatie overzicht

 

 

Feiten

Klager is een 37-jarige man bekend met een psychiatrische voorgeschiedenis met meerdere opnames vanwege maatschappelijke teloorgang en alcoholafhankelijkheid. Somatische voorgeschiedenis maakt onderdeel uit van het psychiatrisch beeld. Klager is alleenstaand, heeft een afgeronde Hbo-opleiding maar is momenteel werkloos.

De laatste tijd is er sprake geweest van diverse opnames en contacten met crisisdiensten in verschillende delen van het land met toenemende maatschappelijke teloorgang, opbouwen van financiële schulden, (para) suïcidaal gedrag en zelfverwaarlozing.

 

De hoofddiagnose in de DSM-classificatie wordt geduid als een persoonlijkheidsverandering door een somatische aandoening gecombineerd met een ongespecificeerde schizofreniespectrum- of andere psychotische stoornis, in combinatie met een verslavingsstoornis.

 

De klachtencommissie heeft geen reden te twijfelen aan deze op medisch deskundig psychiatrisch

onderzoek gebaseerde diagnose.

 

In de periode waarop de klacht betrekking heeft, is klager gedwongen opgenomen op grond van een zorgmachtiging ingaande op 14 september 2023 en eindigend op 14 maart 2024. Opname en medicatie zijn onderdeel van de toegestane verplichte zorg.

 

Verslag van de hoorzitting

De voorzitter opent de vergadering en alle partijen stellen zich voor.

 

Standpunt van klager

Klager licht tijdens de hoorzitting toe dat hij ambivalent is over de opname en medicatie. Hij erkent dat opname en medicatie nodig zijn in deze periode maar heeft er wel veel last van. Als hij geen medicatie inneemt krijgt hij last van prikkels, als hij wel medicatie inneemt krijgt hij last van zijn benen en gaat het lopen moeizamer. Klager wil voorkomen dat er een situatie van verplichte zorg ontstaat. Hij weet dat hij de depotmedicatie vrijwillig toegediend krijgt en mag weigeren, maar denkt dat hij bij weigering vastgepakt zal worden en uit angst daarvoor accepteert hij de medicatie toch vrijwillig. Gisteren heeft klager nog een gesprek gehad met verweerder over de opname en medicatie. Klager was op eigen initiatief naar huis gegaan en was niet bereikbaar voor de afdeling. Aanleiding hiervoor was het feit dat klager voelde dat hij mentaal en fysiek achteruit ging na opname. Klager is gisteren weer teruggegaan naar de afdeling. Hij vult aan moeite te hebben met de beperking van de vrijheden die hij op de afdeling heeft. Dit veroorzaakt minachting naar zichzelf.  

 

Standpunt verweerder

Klager heeft 14 september 2023 een zorgmachtiging gekregen. Aanleiding was het feit dat klager regelmatig kort opgenomen werd en na ontslag weer snel ontregelde. De zorgmachtiging is een stok achter de deur mocht er op enig moment geen samenwerking mogelijk zijn en er toch zorg nodig is. Klager is opgenomen op 05 oktober jl.. In het opnamegesprek gaf klager aan blij te zijn met de opname omdat het thuis niet goed ging. Zijn huis is niet op orde en klager verzorgt zichzelf niet goed. Hij is niet in staat om te douchen momenteel. Klager is eerst op een gesloten afdeling geplaatst maar omdat hij dit niet prettig vond, is snel gekozen voor overplaatsing naar een open afdeling. Dat ging aanvankelijk goed maar klager gaf al snel aan last te hebben van prikkels. Klager realiseert zich dat er wel zorg nodig is maar blijft toch ambivalent over de opname en medicatie.

Bij opname nam klager geen medicatie in maar omdat er een toename zichtbaar was van psychotische kenmerken is in overleg met klager overgegaan tot toediening van Abilify depot. Naar aanleiding van de verminderde spierkracht die klager ervaart is de dosering verlaagd. Verweerder benoemt de continue ambivalentie bij klager over de opname en medicatie en geeft aan steeds in gesprek te zijn over de mate van vrijwilligheid. Verpleging geeft ook aan bij ieder depot dat hij niet verplicht is om het te nemen.

Klager geeft de voorkeur aan psychologische begeleiding in plaats van medicatie. Gisteren is afgesproken dat klager alle vrijheden heeft. Hij moet daarover wel in contact zijn, dus laten weten waar hij is en wanneer hij terug komt. Er is dus nog steeds geen sprake van verplichte zorg, aldus verweerder.  

 

In de vragenronde blijkt er overeenstemming te zijn tussen klager en behandelaar over het behandeldoel. Er wordt toegewerkt naar een begeleid wonen situatie. Verweerder geeft aan dat er nog geen plek beschikbaar is. Klager ziet dat behandeling nodig is maar geeft aan veel moeite te hebben om zichzelf staande te houden tussen de andere bewoners in de kliniek.

Klager heeft ook zonder medicatie moeite met lopen als gevolg van een ongeval. De medicatie vermindert zijn spierkracht, vertelt klager ter zitting. Verweerder vult aan dat klager al voor het eerste depot klaagde over achteruitgang van zijn mobiliteit. Zij heeft klager geadviseerd om naar de huisarts te gaan en dit zo nodig verder te laten onderzoeken door een specialist.

Er wordt momenteel gezocht naar begeleiding voor het op orde brengen van zijn woning voor het geval klager met ontslag gaat en er nog geen begeleide woonsituatie voorhanden is.

 

Op een vraag van de voorzitter beaamt klager dat hij tot nu toe instemt met de opname en de medicatie. Klager licht toe dat het misschien formeel geen gedwongen zorg is, maar dat hij het zo wel ervaart.  

Verweerder benoemt dat het omslagpunt naar verplichte zorg ontstaat als klager aangeeft niet meer in de kliniek te willen verblijven. In ieder gesprek tot nu toe geeft klager de ambivalentie aan maar accepteert het vrijwillig omdat hij ziet dat hij het thuis niet redt. Recent heeft klager zich een week onttrokken aan behandeling, aldus verweerder, maar als er weer contact mogelijk is geeft klager aan dat hij het fijn vindt om behandeld te worden. Vervolgens is hij thuis opgehaald en naar de kliniek gebracht.

Verweerder ziet geen reden om klager verplicht te behandelen met medicatie. Ze heeft voorkeur voor het gesprek en de samenwerking. Eerst moet duidelijk zijn wat er lichamelijk aan de hand is en hoe dit beïnvloed wordt door de medicatie. Klager is momenteel geen gevaar voor zichzelf en voor de afdeling. In het verleden heeft klager zich regelmatig in onveilige situaties begeven, aldus verweerder. Continue behandeling is ambulant nog niet gelukt. De klinische setting biedt de mogelijkheid om duidelijkheid te krijgen over het ziektebeeld en de passende behandeling. Verweerder verkiest het gesprek met klager als hij twijfels heeft over de opname en medicatie, boven het aanzeggen van verplichte zorg.  

 

In de slotronde verwoordt klager dat hij regelmatig eenzijdig de kliniek verlaat omdat hij dan aandrang heeft om zichzelf te zijn. De prikkels op de afdeling worden hem soms teveel en dan moet hij weg van de situatie. Hij loopt niet weg voor de opname en behandeling, aldus klager.  

 

BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE

 

Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie

 

Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. Uit de hoorzitting is gebleken dat de zorg voor klager gebaseerd is op vrijwilligheid. De klachten zien daarom niet op de uitvoering van de verplichte zorg. De klachtencommissie is onbevoegd deze klachten in behandeling te nemen.

 

Na bestudering van alle relevante gegevens en de informatie vanuit de hoorzitting komt de commissie tot de conclusie dat, nu er kennelijk geen sprake is van verplichte zorg in de zin van de Wvggz, zij niet bevoegd is de klacht van klager in behandeling te nemen. 

 

Uitspraak

De klachtencommissie verklaart zich niet bevoegd de klacht in behandeling te nemen.

 

  

Beroep

Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.

 

  

Aldus besloten,

namens de Wvggz klachtencommissie,

i/o

 

[XX]

Voorzitter Wvggz klachtencommissie

Datum: 07 november 2023

Aantal bladzijden: 4